Mannetjes van politiek
ik hou me doorgaans verre van toneel
vol rode stropdassen blauw pluche
het gesnater als de eenden in de Hofvijver
daar komen ze naar me toegelopen
die ene met bril en pretogen naast
die kale met het grote hoofd
over de kinderkopjes van het Binnenhof
dranghekken tegen het volk
pershaviken in de aanslag
stapel a4 onder de arm toont
productief de handen uit de mouwen
leid mij om de tuin met lege bladzijden
broeken in de plooi glanzende neuzen
een hand voor de lens ‘geen commentaar’
ach de wind waait een colbert open
verraadt een beginnend welvaartsbuikje
hou die stropdassen goed vast
dit is de plek om een kalf te verdrinken
zien jullie het deksel niet?
Bijdrage in het boek: Symboolpolitiek