Oktober en zonnig
op een lantaarnpaal drogen
twee aalscholvers hun veren
de binnenkant van het raam stikt van de
zwarte lieveheersbeestjes met rode stippen
de vloer ligt bezaaid met droge keverschildjes
die knisperen onder je voeten
vannacht kropen vijf kameleons uit hun ei
in een bak met een warme lamp,
voor vier was dat al teveel moeite
zij liggen dood op het deksel
ze zijn kleiner dan de plastic
koeien uit de boerderijdierenset
de vijfde leeft behoedzaam
en klimt in een tak
in een doorzichtig plastic doosje
zitten vier groene vogels
op een strook papier met een knijper
en een veer in plaats van pootjes
hoewel het buiten vergeven is
van de kevers en veel te warm
gaan ze pas met kerst in de boom